Koh Lanta. De andere wereld.

Alweer een week geleden verliet ik met weemoed de homestay van Ratno nabij Wonosobo. Op de valreep van vertrek meldde ik mijzelf bij de plaatselijke kapper voor een knipbeurt. Nou die kapper liet er geen gras over groeien. Met de tondeuse werd ik net iets te grondig gekortwiekt. Militair kapsel dus. 

In de stromende regen werd ik aan het einde van de middag door Ratno afgezet bij het busstation voor de lange rit naar Jakarta. De busrit verliep zonder problemen. Midden in de nacht bij het busstation in Jakarta liet ik mij zo snel mogelijk met een taxi naar het vliegveld brengen. Jakarta had ik namelijk tevoren gemarkeerd als een stad om te mijden.

Ik was aan de nogal vroege kant op het vliegveld maar altijd beter dan in de drukke ochtend van Jakarta ergens verdwaald raken. Om 14.00 uur vertrok het vliegtuig naar Bangkok. Ik kwam daar aan op vliegveld Don Mueang. Ging met een super moderne trein richting het centrum. De red SRT-line. Stapte vervolgens over op de blue MRT-line. Ja, inmiddels had ik genoeg ervaring om mijzelf via het uitgebreide metronet van Bangkok te vervoeren. De dag erop had ik verkoeling in het grote Chatuchak park. En ik genoot van de heerlijke pad thai in een klein local restaurant vlakbij de accommodatie.

Daarna begon het laatste onderdeel van mijn reis. Naar eilanden, stranden en natuur in Zuid-Thailand. Te beginnen op eiland Koh Lanta, onderdeel van de provincie Krabi. Aankomst met het vliegtuig op het vliegveld van Krabi City. Van daaruit met een minibus en een ferry naar het eiland.

En zo kwam ik terecht in een geheel andere wereld. Geen roepende locals, geen overvloed aan belangstellende vragen, geen razend verkeer, geen brullende moskee minaretten etc. Nee daarentegen een bijna paradijselijk eiland met een azuurblauwe zee en hagelwitte stranden. Bamboo beach in het zuiden is echt een topper. Er zijn op het eiland alleen enkele rustige wegen. Uitzichten op andere eilanden in de verte en zonsondergangen. Bijna te mooi om waar te zijn.

De westkant van het eiland (stranden) is weliswaar nogal toeristisch maar over het algemeen oogt het allemaal relaxed en vredig. Een enkele keer zie je een fel roodverbrande man met ontbloot bovenlijf op een scooter langs scheuren of een groepje toeristen verveeld rondslenteren in een straatje met souvenirshops. Het heeft met avontuur allemaal niets te maken. Hilarisch daarbij was dat voor een zeer eenvoudige en lichte hike naar een waterval, die wat betreft omvang nogal tegenviel, mannen in paramilitaire kleding zich aanboden als broodnodige en zelfs verplichte gidsen. 

Nee, het avontuur is dit keer te vinden in en om de accommodatie.  Een mooie ruime bamboe chalet bij Easy Bungalows aan de oostzijde van het eiland. Gelegen op een groot terrein aan een exotisch meer.  Diverse fruit- en vruchtenbomen. Je bent vrij om ze te plukken. Er lopen kalkoenen rond. Aan het water zijn ooievaars te vinden. Vanaf het terrein kun je ver doorlopen naar achteren waar honderden kokosnoten hangen en liggen. Ik kocht iets verderop bij een huisje verse kokosolie.

In de avond is het heerlijk genieten bij een zelf gemaakt vuur en een BBQ. Seafood, zelf gemarineerde beef en groentes op de gril. Kijkend naar de sterren aan de hemel. In combinatie met de geluiden van vogels en insecten.

Dus toch weer avontuur maar dan zonder de uitputtende humidity en verplaatsingen. En dat voelt prima na bijna 4 maanden rondtrekken.